De kans op geluidsoverlast op de werkplek is al aanwezig zodra twee of meer werknemers in dezelfde ruimte zijn. Geluidsoverlast op de werkvloer betekent concentratie- en productiviteitsverlies. Het percentage fouten bij gepraat is 4% tot 41% hoger dan bij stilte. Terwijl dit met relatief simpele middelen is aan te pakken. In de norm NEN-EN-ISO 3382-3 staat hoe men objectief kan meten hoe het geluid op de werkplek is. En vervolgens wat er aan is te doen.
Er is een nieuwe, internationaal vastgestelde, methode voor het meten van de spraakoverdrachtindex (speech transmission index: STI). Een STI ligt tussen 0,00 (niet verstaanbaar) en 1,00 (perfect verstaanbaar). Dit staat in de norm NEN-EN-ISO 3382 ’Akoestiek – Meting van de ruimte akoestische parameters – Deel 3: Kantoortuinen’. Met deze norm kan ook de ‘afleidingsafstand’ (distraction distance) en de ‘privacyafstand’ (privacy distance) worden bepaald en verbeterd.
Invloedsfactoren geluidsoverlast
De afmetingen van de ruimte (inclusief plafondhoogte) zijn van uiteraard van belang. Bij kantoren kan de akoestiek (en hinder) worden beïnvloed door de juiste plaats van individuele en groepswerkplekken. Maar ook door kantoormeubelen, achtergrondgeluid (ventilatiesystemen, radio), door afscherming van apparatuur en door materiaalkeuze.
Voor wie?
NEN-EN-ISO 3382-3 gaat over alle grote en middelgrote kantoortuinen en vergelijkbare ruimten en is van belang voor gebouwbeheerders, ontwerpers, kantoorinrichters en facility managers. Zij kunnen met deze norm eisen aan het geluid stellen en vergelijken met andere situaties. Uiteraard is de norm ook interessant voor akoestische bureaus, die de metingen gaan uitvoeren.